Woensdag 11 februari 2015. Locatie: Eindhoven
We zijn gestart met de minor! Elke woensdag in Eindhoven en donderdag in Tilburg zijn wij aan het leren over de mediawijsheid op de basisschool en over het algemeen. Hierbij gaat het vooral over hoe het beter kan en wat je er allemaal mee kunt.
We begonnen met onszelf voor te stellen aan de hand van een bitstrip. Dit is een strip waarbij je een verhaal zelf kunt samenstellen. We moesten eerst onszelf als poppetje maken. Hierna moesten we de positie, achtergronden, tekstballonnnen, etc. allemaal zelf verzinnen/maken. Dit moest je voor de eerste bijeenkomst thuis maken waarna je jezelf in de eerste bijeenkomst voor de klas moest presenteren aan de hand van de strip (zie foto van mijn bitstrip). Dit was origineel en je merkte dat er al veel verschil was in het maken van strips.
We zijn gestart met de minor! Elke woensdag in Eindhoven en donderdag in Tilburg zijn wij aan het leren over de mediawijsheid op de basisschool en over het algemeen. Hierbij gaat het vooral over hoe het beter kan en wat je er allemaal mee kunt.
We begonnen met onszelf voor te stellen aan de hand van een bitstrip. Dit is een strip waarbij je een verhaal zelf kunt samenstellen. We moesten eerst onszelf als poppetje maken. Hierna moesten we de positie, achtergronden, tekstballonnnen, etc. allemaal zelf verzinnen/maken. Dit moest je voor de eerste bijeenkomst thuis maken waarna je jezelf in de eerste bijeenkomst voor de klas moest presenteren aan de hand van de strip (zie foto van mijn bitstrip). Dit was origineel en je merkte dat er al veel verschil was in het maken van strips.
Doordat iedereen de bitstrip had gemaakt, kregen we een groepsfoto van onze klas aan de hand van de zelfgemaakte poppetjes.
We hebben tijdens deze bijeenkomst veel waardevolle informatie gekregen. We zijn begonnen met een presentatie van Nienke Meijer (voorzitter van het bestuur binnen het Fontys). Ze gaf vooral uitleg over het innoveren. Met innoveren wordt vooral de vernieuwing binnen, in dit geval, het onderwijs bedoelt. Ook hebben we meer informatie gekregen over wat voor soort mensen er zijn binnen het kopen van een product (innovators, early adapters, farly majority, late majority, laggards). Hierna moesten we zelf een tabel van onze eigen stageschool maken (zie foto tabel). Ook heb ik meer geleerd over de 7 W’s (waarmee, wanneer, met wie, waaro m, waar en op welke wijze). Als je hier van te voren goed over nadenkt, blijk je beter aan het werk te gaan.
Rogers, innovatietheorie: Everett Rogers maakt onderscheid in vijf groepen, namelijk: innovators, vroege gebruikers, vroege meerderheid, late meerderheid en achterblijvers. Zij hebben ieder hun eigen ideeën ten opzichte van de nieuwe vindingen en de manier waarop zij benaderd willen worden. - Innovators (innovators): zij steken veel energie, tijd en creativiteit in het zoeken en uitproberen van nieuwe ideeën of spullen en praten daar graag over. Zij kopen vaak als eerst een nieuwe technologie terwijl ze nog niet veel erover hebben gehoord. Dit is essentieel, omdat zij de verspreiding van innovatie bevorderen. - Vroege gebruikers (early adopters): deze mensen zijn op zoek naar nieuwe ideeen en spullen om daar hun voordeel mee te doen. Ze praten graag over vernieuwingen en zijn goede verkondigers van de boodschap van de innovatie. Doordat zij spullen testen en hun gebruikservaring erover schrijven, levert het veel informatie op voor het grote publiek. Zij hebben veel contact met andere consumenten en worden gezien als rolmodel. - Vroege meerderheid (early majority): dit zijn praktisch ingestelde mensen en staan open voor nieuwe dingen. Wel moet dit duidelijk voordeel bieden, want ze houden er niet van om risico’s te nemen. Het moeten eenvoudige standaardartikelen zijn met een goede garantie. - Late meerderheid (late majority): zij willen erbij horen en om die reden volgen ze de algemene mode en de innovatie. Ze zijn kostenbewust en nemen geen risico’s. - Achterblijvers (laggards): zij blijven zich verzetten tegen nieuwe ideeën of spullen. Ze vinden dat er teveel risico aan vast zit en zijn gevoelig voor kritiek (Hekkert & Ossebaart, 2010). De theorie van Rogers heeft invloed op hoe bedrijven en mensen zijn als het om innovatie gaat (Kooi van der, 2013). Hiernaast heb ik het model ingevuld over mijn stageschool. |
Ook hebben we uitleg gekregen over het TPACK-model (Technological Pedagogial Content Knowledge) (zie foto model TPACK). Dit model geeft aan dat een leraar die ICT in zijn onderwijs wil integreren deskundig moet zijn op drie gebieden, namelijk: technologie, didactiek en vakinhoudelijk competent. Het model geeft dus de kennis en vaardigheden aan die docenten moeten beheersen om ICT in hun onderwijs toe te kunnen passen. Dit model is voortbestaan uit een eerder model, namelijk het Pedagogical Content Knowlegde (PCK). Matthew Koehler en Punya Mishra voegden er in 2005 een derde compenent aan toe, namelijk de technologie. In de eerste versie van het TPACK model besteedden ze geen aandacht aan de context, wat in 2008 ertoe leidde dat ze dit element erbij toe hebben gevoegd (Voogt, Fisser, & Tondeur, 2010). Bij het TPACK model is het niet voldoende dat leraren beschikken over afzonderlijke kennis van ict, didactiek en vakinhoud. Leerkrachten moeten juist beseffen hoe deze met elkaar samenhangen waardoor ze duidelijk weten waarom bepaalde leerinhouden moeilijk of makkelijk te leren zijn en hoe ict-toepassingen de leerlingen kunnen helpen bij problemen tijdens hun leerproces. Om succesvol les te kunnen geven is het essentieel dat er een balans is tussen de vaardigheden die bij het TPACK model horen (Fisser & Voogt, sd).
Zoals net beschreven komt het model TPACK terug op een eerder model, namelijk het Pedagogical Content Knowlegde (PCK). Schulman heeft dit model in 1986 ontworpen. Hij ging ervan uit dat het onderwijs bij een goede leraar een samenhang van didactiek en vakinhoud is. Bij het lesgeven gaat het erom dat een leraar weet wat er in de les aan bod moet komen (vakinhoud) en hoe dit moet worden gegeven (vakdidactiek). Met het begrip vakinhoudelijke kennis wordt vooral de kennis van centrale feiten, concepten, theorieën en procedures van een bepaald vakgebied en de kennis van de manier waarop het vakgebied zich uitbreidt bedoelt. Bij didactische kennis spreek je over de manier waarop leerlingen leren, hun concepties en misconcepties, hoe leermiddelen effectief kunnen worden ingezet, evalueren, klassenmanagement, de lesvoorbereiding en de uitvoering van de lessen. Schulman gaat ervan uit dat de leraar leerlingen kan helpen wanneer dit met elkaar samenhangt (Voogt, Fisser, & Tondeur, 2010).
Hierna gingen we zelf aan de slag. We kregen kaartjes waar verschillende domeinen op beschreven stonden met elk zijn eigen kleur. Het was de bedoeling om combinaties te maken met de verschillende kleuren van hoe je een les kan samenstellen (Zie foto voor onze combinaties).
Blauw kaartje: Knowlegde
Roze kaartje: Technological Knowlegde
Geel kaartje: Pedagogial Knowlegde
Zoals net beschreven komt het model TPACK terug op een eerder model, namelijk het Pedagogical Content Knowlegde (PCK). Schulman heeft dit model in 1986 ontworpen. Hij ging ervan uit dat het onderwijs bij een goede leraar een samenhang van didactiek en vakinhoud is. Bij het lesgeven gaat het erom dat een leraar weet wat er in de les aan bod moet komen (vakinhoud) en hoe dit moet worden gegeven (vakdidactiek). Met het begrip vakinhoudelijke kennis wordt vooral de kennis van centrale feiten, concepten, theorieën en procedures van een bepaald vakgebied en de kennis van de manier waarop het vakgebied zich uitbreidt bedoelt. Bij didactische kennis spreek je over de manier waarop leerlingen leren, hun concepties en misconcepties, hoe leermiddelen effectief kunnen worden ingezet, evalueren, klassenmanagement, de lesvoorbereiding en de uitvoering van de lessen. Schulman gaat ervan uit dat de leraar leerlingen kan helpen wanneer dit met elkaar samenhangt (Voogt, Fisser, & Tondeur, 2010).
Hierna gingen we zelf aan de slag. We kregen kaartjes waar verschillende domeinen op beschreven stonden met elk zijn eigen kleur. Het was de bedoeling om combinaties te maken met de verschillende kleuren van hoe je een les kan samenstellen (Zie foto voor onze combinaties).
Blauw kaartje: Knowlegde
Roze kaartje: Technological Knowlegde
Geel kaartje: Pedagogial Knowlegde
Als afsluiting moesten we een blog maken via Weebly (deze blog). Dit was voor mij nog lastig en even wennen, omdat ik niet goed wist hoe en waar te beginnen. Normaal gesproken kan ik mensen wel helpen met eenvoudige dingen op de computer, maar dit viel toch tegen.
De eerste dag is me goed bevallen en heb veel geleerd wat ik interessant vond!
De eerste dag is me goed bevallen en heb veel geleerd wat ik interessant vond!
Bronnen
Fisser, P., & Voogt, J. (sd). TPACK: integratie van ict in het onderwijs. Opgehaald van TPACK: http://www.tpack.nl/over-tpack.html
Hekkert, M., & Ossebaart, M. (2010). De innovatiemotor, het versnellen van baanbrekende innovaties. Opgehaald van rvo: http://www.rvo.nl/sites/default/files/bijlagen/Innovatie_theorie_introductie_Hoofdstuk_2_De_Innovatiemotor_Marko_Hekkert_2010.pdf
Kooi van der, B. (2013). Social Maturity: Hoe Social Media zich verhoudt tot Rogers’ Innovatietheorie. Opgehaald van socialemediamodellen: http://www.socialmediamodellen.nl/2013/06/social-maturity-hoe-social-media-zich-verhoudt-tot-rogers-innovatietheorie/
Voogt, J., Fisser, P., & Tondeur, J. (2010). Maak kennis met TPACK: hoe kan een leraar ict integreren in het onderwijs? Zoetermeer: Kennisnet.
Fisser, P., & Voogt, J. (sd). TPACK: integratie van ict in het onderwijs. Opgehaald van TPACK: http://www.tpack.nl/over-tpack.html
Hekkert, M., & Ossebaart, M. (2010). De innovatiemotor, het versnellen van baanbrekende innovaties. Opgehaald van rvo: http://www.rvo.nl/sites/default/files/bijlagen/Innovatie_theorie_introductie_Hoofdstuk_2_De_Innovatiemotor_Marko_Hekkert_2010.pdf
Kooi van der, B. (2013). Social Maturity: Hoe Social Media zich verhoudt tot Rogers’ Innovatietheorie. Opgehaald van socialemediamodellen: http://www.socialmediamodellen.nl/2013/06/social-maturity-hoe-social-media-zich-verhoudt-tot-rogers-innovatietheorie/
Voogt, J., Fisser, P., & Tondeur, J. (2010). Maak kennis met TPACK: hoe kan een leraar ict integreren in het onderwijs? Zoetermeer: Kennisnet.